Afbeelding van het artikel
  • Gepubliceerd op 03-11-2025
  • 4 min leestijd

Wat gebeurt er als je op de wachtlijst staat voor een verpleeghuis of instelling?

Als je naaste een indicatie heeft en opgenomen wil worden in een verpleeghuis, gelden vier verschillende wachtstatussen die de wachttijd bepalen.

Eerst dit: de indicatie

Voor opname in een verpleeghuis is een indicatie nodig voor de Wet langdurige zorg (Wlz). Die vraag je aan bij het CIZ (Centrum Indicatiestelling Zorg). De indicatie bevat een zorgprofiel: dat is een beschrijving van welke zorg iemand nodig heeft. Dat zorgprofiel bepaalt het budget en welk type afdeling past.

Bij het invullen kun je hulp krijgen van de wijkverpleegkundige of casemanager. Geen contact? Bel dan een mantelzorgmakelaar of een onafhankelijke cliëntondersteuner. Je kunt in de aanvraag ook alvast je voorkeursinstelling noemen. 

Wie regelt de opname en bepaalt de urgentie?

De instelling waar je je aanmeldt wordt meestal dossierhouder. Dat is de partij die het dossier beheert en verantwoordelijk is voor de opname. Samen bekijk je hoe dringend opname is: is er crisis, of kan je naaste nog veilig thuis blijven met extra steun?

De vier wachtstatussen

Er zijn vier statussen. Die bepalen ook de wachttijd. 

  1. Urgent plaatsen
    Het is nu ernstig. Thuis is er crisis of na het ziekenhuis kan je naaste niet terug naar huis. Dan volgt snelle opname. Komt er een passende plek vrij, dan gaat hij daarheen, waar die plek ook is. Hij blijft op de wachtlijst van de voorkeursinstelling staan en kan later alsnog daarnaartoe verhuizen.

  2. Actief plaatsen
    Binnen een half jaar is opname nodig. Je geeft je voorkeur door en die telt mee. Is daar nog geen plek en elders wel, dan krijg je dat aanbod. Past het niet? Eén keer afslaan mag. Bij een tweede keer bekijkt de dossierhouder of de status nog klopt.

  3. Wacht op voorkeur
    Met hulp red je het thuis nog. Je mikt op opname binnen een jaar, het liefst in een specifiek huis. Je bouwt wachttijd op bij die instelling. Duurt het langer of verandert de situatie, dan kan je status naar actief verplaatsen. Je mag één aanbod weigeren; bij de tweede weigering wordt de status opnieuw bekeken.

  4. Wacht uit voorzorg
    Thuis gaat het goed met hulp. Je zet je naam alvast op de lijst, zodat je later sneller kunt schakelen. Je bouwt nog geen wachttijd op. De zorgaanbieder houdt contact en past de status aan als er iets verandert. Aanmelden uit voorzorg is slim: er is dan al een dossierhouder als het ineens nodig is.

Controleer regelmatig of de status nog klopt. Verandert er iets? Geef dit direct door om onnodig wachten te voorkomen.

Je mag bij meerdere instellingen op de wachtlijst staan. Er is maar één dossierhouder; laat bij een tweede aanmelding weten wie dat is.

Vragen of twijfel je over de status?

Bel ons gerust op 085 – 401 68 67. We denken mee over wat nu passend is en welke stappen je kunt zetten.

Even samenvatten

Voor opname in een verpleeghuis of instelling heb je een Wlz-indicatie nodig. De instelling is dossierhouder en bepaalt samen met jou de urgentie. Er zijn vier wachtstatussen: urgent plaatsen, actief plaatsen, wacht op voorkeur en wacht uit voorzorg. Je kunt bij meerdere huizen op de lijst, maar er is één dossierhouder. Geef veranderingen snel door om wachttijd te verkorten.

Wat nu?

  1. Check je huidige wachtstatus.
  2. Bespreek of deze nog klopt.
  3. Sta je nog niet op de lijst van je voorkeursinstelling? Meld
    je daar ook aan en noem de dossierhouder.